The Chi
De Legende van de Eeuwige Chi
Lang geleden, toen de wereld nog jong was en de goden nog onder de mensen wandelden, was er een verborgen vallei ergens tussen de bergen van China en Japan. Deze vallei was doordrongen van een mysterieuze kracht die bekend stond als Chi, de essentie van leven zelf. Het werd gezegd dat deze kracht alle dingen in balans hield: de hemel en aarde, licht en donker, leven en dood.
In deze vallei leefde een oude wijze man, genaamd Shenlong. Hij was de bewaker van de Chi en bezat de gave om deze energie te voelen en te sturen. Mensen van heinde en verre kwamen naar hem toe om genezing en wijsheid te zoeken. Shenlong gebruikte de Chi om zieken te genezen, gewassen te doen groeien en zelfs om regen op te roepen in tijden van droogte. Maar hij waarschuwde altijd dat de Chi een delicate kracht was die niet misbruikt mocht worden.
Eens in de duizend jaar, zo vertelde de legende, werd de Chi in de vallei zwakker. Dit gebeurde wanneer de balans tussen de elementen werd verstoord. Het was dan de taak van de bewaker om de Chi te herstellen. Op een dag, toen de duizend jaar bijna om waren, voelde Shenlong dat de Chi begon af te nemen. De dieren in het bos werden rusteloos, de lucht leek zwaarder, en de planten begonnen te verwelken.
Shenlong wist dat hij diep in de vallei moest afdalen naar de Bron van Chi, een magische poel verborgen in een grot omgeven door mystieke bloemen. Alleen daar kon de Chi weer worden versterkt. Maar de Bron werd bewaakt door de draak Mizuchi, een machtig wezen dat de balans bewaakte, maar ook de toegang tot de Bron verbood aan degenen die niet zuiver van hart waren.
Met een kalme geest en een zuiver hart begon Shenlong zijn tocht. Onderweg werd hij getest door de elementen: hij moest rivieren oversteken die wild stroomden, door vurige velden lopen en de kracht van de wind trotseren. Uiteindelijk bereikte hij de grot, waar Mizuchi hem opwachtte. De draak vroeg Shenlong waarom hij dacht dat hij waardig was om de Bron van Chi te betreden.
Shenlong antwoordde: "Ik zoek niet de kracht voor mezelf, maar om de wereld in balans te houden. Ik kom niet uit verlangen, maar uit noodzaak."
De draak, die de waarheid in zijn woorden voelde, liet Shenlong passeren. Bij de Bron aangekomen, mediteerde Shenlong gedurende zeven dagen en zeven nachten. Hij liet zijn eigen Chi samensmelten met die van de Bron, waardoor de energie zich opnieuw verspreidde over de vallei en ver daarbuiten.
Toen Shenlong eindelijk terugkeerde naar zijn huis, was de vallei weer vol leven. De lucht was helder, de bomen bloeiden, en de mensen die hem opzochten voelden de vrede en kracht die van hem uitstraalde. Shenlong wist dat de balans hersteld was, maar hij herinnerde iedereen eraan dat de Chi in alles om ons heen leeft en dat het onze verantwoordelijkheid is om deze energie te respecteren en te koesteren.
En zo werd de legende van de Eeuwige Chi doorgegeven van generatie op generatie, een herinnering aan de kracht die alles in het leven verbindt en in evenwicht houdt.